Meng de mosterd, de eierdooier en de bruine suiker (je kunt er eventueel ook een 4 kruidenmengsel en vers gemalen kruidnagel aan toevoegen voor een beter glazuur) en zet dit opzij.
Op de barbecue
Bereid de barbecue voor op indirecte warmte van zo'n 120-130°C.
Plaats een aluminium opvangbakje tussen de briketten (brandstof) om het sap van het vlees op te vangen.
Plaats vervolgens de Kerstham in zijn netje in de barbecue, boven het aluminium opvangbakje en laat ongeveer 1u per kilogram vlees braden.
Steek een digitale thermometer lichtjes schuin in het dikste deel van de ham. De ham is klaar als de kerntemperatuur 68°C heeft bereikt. Na het braden, wikkel je de ham in aluminiumfolie en laat ze rusten.
Plaats nieuwe briketten in de barbecue of open het ventilatierooster om de temperatuur te verhogen tot zo'n 250-280°C.
Haal de ham uit de folie, knip het netje weg en snij de zwoerd samen met ongeveer de helft van het vet (zeker niet meer) weg. Glaceer dan de ham met het mosterdmengsel.
Giet het paneermeel in een vergiet en schud het voorzichtig uit boven de ham zodat deze volledig bedekt is met een dun laagje. Blaas het overtollige paneermeel van de ham.
Plaats de ham terug in de barbecue totdat hij een mooie goudbruine kleur heeft (zo'n 15 minuten).